Henk Tukker is geboren op het Acaciaplantsoen in Enschede en is in de zestigerjaren al vroeg betrokken bij het organiseren van beatavonden bij verschillende clubs in de regio zoals de -Hally Cally Club- in Losser,  -First Loos Club- en de -Smurfclub- in Enschede. Ook is hij manager van de beatbands HUN en Teach-In. Twee bands die in die tijd erg actief zijn. Later is hij meer dan 13 jaar actief bij het Showorkest Superfly. Henk is nu al weer jaren betrokken bij de organisatie van het wel bekende Textielbeatfestival.
Ben in 1948 geboren aan het Acaciaplantsoen en heb er tot m’n 24ste jaar gewoond. De basisschool volg ik op de Stevenfenneschool in het gelijknamige wijkdeel van de stad Enschede. Mijn vader heeft hier een vriend wonen die enkele zoons heeft waar ik veel mee speel. Daardoor ken ik de wijk op m’n duimpje. Zaterdagmiddag ga ik af en toe, met een stel vrienden, naar speeltuin Stevenfenne waar je voor een dubbeltje een filmvoorstelling kunt bijwonen.  Een man installeert een grote filmprojector ergens in het midden van het zaaltje waar even later ratelend een avonturenfilm uit komt rollen. Bekende films gaan over de avonturen van Rin-tin-tin, de herdershond en Roy Rogers, koning van de cowboys. In die tijd zijn Lassie, de Schotse Collie en Fury het paard erg populair op de Duitse TV. Het zal denk ik 1962 zijn geweest, dat ik in contact kom met de gebroeders Hanauer, die bij ons op het Acaciaplantsoen zijn komen wonen met hun moeder. We voetballen regelmatig, waar Herman Hanauer dan ook fanatiek aan mee doet. Eduard is denk ik een jaar of vijf jonger dan mij. Hij doet niet mee met het voetballen maar staat wel vaak langs de kant het spel te volgen. Herman loopt in die tijd al regelmatig met een gitaartje te trekken en Eduard is regelmatig plaatjes aan het draaien. We leven in een tijd dat het Acaciaplantsoen twee maal zoveel huishoudens telt t.o.v. nu.(2014) De Hanauers wonen enkele huizen bij mij vandaan, in een bovenwoning, waar regelmatig de ramen wijd open staan waardoor de muziek ook op het plantsoen goed te horen is. Al gauw betreed ik regelmatig de trap naar de bovenwoning. De moeder van Herman en Eduard kan het ook goed vinden met mijn ouders. De vader van de jongens woont in Duitsland. Net als zoveel andere jongeren in die tijd wil ik ook wel in een bandje spelen. Even lijkt dat ook te lukken samen met o.a. Benni van de Meer en ene Evert, die in de Johannes ter Horststraat woont. Evert mag mee doen omdat hij een gitaar met versterker bezit. Kunnen spelen is weer een heel ander verhaal. Het is denk ik in 63/64 en ik ben de zanger van de band. Omdat ik het haar niet lang genoeg heb is het al gauw einde zangcarrière. Evert had als bijnaam “Pannenkoekenfabriek”. Om te voorkomen dat hij een keer mee uit zou gaan hebben ze hem suiker, zout en meel in de tank van z’n bromfiets gestopt. Vanaf dat moment is het “pannenkoekenfabriek”. Joop Meyran, die ik nog van de Stevenfenneschool ken, Kom ik weer tegen bij een optreden van Highway”61 in het speeltuingebouw aan de Plataanstraat. Joop organiseert daar beatavonden onder de naam Beatclub -Smurf- Joop zal ik later nog regelmatig tegenkomen. HUN Bij cafetaria -De Instuif- leer ik intussen Gertie Reuvers kennen. Gertie heeft ook veel contacten met bandjes en muzikanten. Ook rijdt hij vaak op mooie bromfietsen die hij regelmatig koopt en verkoopt. Zo kom ik, samen met Gertie, bij het jongeren trefpunt Willem de Clercqstraat / Pathmosstraat waar, op de hoek, het gezin Schepers een gasflessen bedrijfje runt. Tegenover Schepers, aan de Willem de Clercqstraat, is de band HUN aan het repeteren in de voorkamer van de familie Ten Donkelaar. Bertie ten Donkelaar is de zanger van de band. Gertie Reuvers heeft de band pas nog nieuwe drummer bezorgd in de persoon van Henkie van de Wetering. Het duurt niet lang of ik word manager van de band. We zijn net in het jaar 1966 beland.  In die tijd zijn Gertie en ik, samen met wat jongens uit losser, ook bezig om regelmatig beatavonden te organiseren in het verenigingsgebouw in Losser onder de naam -Hally Cally Club-. Als het goed weer is doen we alles op de bromfiets. Bij slecht weer pakken we de bus naar losser. Weet nog dat ik op een gegeven moment vast tussen de schuifdeur kom te zitten met m’n zwarte postbode-cape, die in die tijd zeer populair is om te dragen. Ook in de -Katholieke Vereniging-, in de Kerkstraat in Glanerbrug, organiseren we avonden. Dat we regelmatig Beatavonden organiseren en dat ik in het bezit van een bromfiets ben, is waarschijnlijk de reden dat ik manager van de HUN ben geworden. Een bromfiets is namelijk wel handig als je achter contracten aan moet. De band HUN bestaat op dat moment uit Chris Jonkers, Ipo Oosterhuis, Bertie ten Donkelaar, Wim ter Maat en Henkie van de Wetering. Omdat Chris Jonkers nog geen geweldige basgitarist is wordt hij regelmatig bijgespijkerd door Wim ter Maat. In het begin spelen we veel in de plaatselijke clubhuizen en speeltuingebouwtjes. Ook organiseren we zelf beatavonden in een clubgebouwtjes van een postduivenvereniging bij het zuiderspoor. Langzamerhand spelen we ook steeds meer buiten Enschede. In het -Beetshuis- en -Kraaiennest- (Hengelo) zien ze ons graag komen. Het vervoer van de installatie wordt in het begin vaak verzorgd door Gerrit Schepers, de overbuurjongen van Bertie ten Donkelaar. Gerrit gebruikt dan de bestelbus van het gasflessen bedrijf. Alois en Peter Nijhuis, buurjongens van Bertie ten Donkelaar, fungeren in die tijd als roadmanagers. Hun vader heeft ook een auto en is ook vaak bereid de installatie te vervoeren. De eerst baskast van de band is gemaakt van het eikenhouten bed van oma met speakers uit een Wurlitzer jukebox . Na flink wat optredens in Duitsland kunnen we zelf een VW busje kopen. We rijden wel eens naar de muziekzaak Servaas, in Den Haag, waar we o.a. een Echolette echo kopen. Repeteren doet de HUN op de vrijdagavond. Na het repeteren gaan we vaak met het hele spul naar Dancing Modern, aan de parkweg, waar regelmatig bekende bands spelen zoals The Buffoons, Trio Hellenique, en I Cardinali.   Deze bands zitten er vaak met een maandcontract. First Loos Club In de tweede helft van1966 krijg ik ook met de -First Loos Club- te maken. Juul Samson en Henk van Rees krijgen van hun ouders toestemming om een beatavond te organiseren. Als er een financieel tekort is passen zij bij en dan is het einde verhaal. Wordt er winst gemaakt mogen ze doorgaan. Locatie is de beneden zaal van Schouwburg Irene. Juul en Henk ken ik nog van de middelbare school. Van het een komt het ander en ik draai al gauw mee in de organisatie met allerlei hand en spandiensten. De posters, die worden gemaakt van optredende bands, zijn vaak voorzien van een bandfoto. Omdat ik in een grafisch bedrijf werkzaam ben, maak ik de clichés. Een cliché is nodig om foto’s te kunnen drukken. - Rond deze tijd begint ook de samenwerking met fotograaf Herman Mulstege. Herman ontpopt zich als bandfotograaf. De foto’s die Herman maakt, van veelal Enschedese bands, maak ik een cliché. Herman gaat dan met het cliché naar de drukker, waar de bandfoto’s worden gedrukt. - Op een gegeven moment gaat het zo goed met de -First Loos Club- dat ze het idee krijgen om Beatgirls te laten optreden. De meiden gaan, samen met hun moeders, Kleding maken. Ook kopen ze wat kledingstukken bij een plaatselijke boetiek. Tijdens optredens van landelijk bekende bands zoals Golden Earrings, Tee Set en Cuby & the Blizzards, dansen ze mee op het podium. In die periode heb ik podiumwacht. Het is de bedoeling om de bezoekers bij de artiesten weg te houden. Nou… ik kan je wel vertellen dat dat niet altijd meevalt. Intussen is Gertie Reuvers manager geworden van de voorloper van The Rabbits, Candy Men genaamd. Als de band uiteindelijk de naam Rabbits heeft aangenomen ga ik wel eens mee naar het Duitse Lingen waar de Rabbits dan optreden. Op dat moment heb ik al een tijdje verkering met de zus van Gertie, Yvonne. Zo hebben we best wel veel gespreksstof als we in de Weverstraat zijn waar Gertie, met z’n twee zussen, Yvonne en Anja en zijn ouders, woont. Het is ergens halverwege 1967 als Gerard Grotenhuis belt met de vraag; We moeten daar of daar spelen met The Buffoons en ik heb nog 1,5 uur over, is dat wat voor HUN en wat moeten jullie daarvoor hebben. Zo spelen we regelmatig in -Concordia-, in Gronau, In die tijd zijn de Buffoons een super attractie en voor ons is het mooi om in het voorprogramma te zitten. We spelen wel op onze eigen installatie. Op deze manier wordt de mensen een mooi wisselend programma aangeboden. Wij met het wat ruigere werk en daarna de Buffoons die komen met mooie gepolijste close harmony. Tweede helft 1967 vindt er een personeelswisseling plaats bij HUN. Henk en Ipo stappen uit de band. Nieuwe bandleden zijn Alex Blaauwbroek en Frans Kuiper. Alex heeft in de vroege periode bij de Rabbits gespeeld. Mei 1968 houd de band het voor gezien en houd op te bestaan. Teach-In Een paar maanden later belt Henk Westendorp, zanger van Teach-In, me met de vraag of ik geen manager van Teach-In wil worden. Ik voer eerst wat gesprekken met de ouders van de bandleden. Er zijn nogal wat voorwaarden. In eerste instantie mag ik de band alleen op zaterdag verkopen, behalve in de vakanties. Dan mag het ook op zondag. De vrijdag mag uiteindelijk ook maar dan moeten de jongens, die nog naar school gaan, wel al hun huiswerk in orde hebben. Ik ga akkoord en zie het helemaal zitten. Herman Hanauer is net overgestapt van de Rabbits naar Teach-In. De band bestaat dan uit Henk Westendorp (zang), Rudie Nijhuis (drums), Koos Versteeg (toetsen/zang), John Snuverink (gitaar/zang) en Herman Hanauer (bas/zang) De vader van Henk Westendorp stelt de aankoop van een nieuwe auto uit. Met dat geld kopen we bij Hennie en Joop van Weersel onze eerste installatie. Het op tijd betalen van de rekeningen wekt vertrouwen bij de fam Van Weersel waardoor we later ook op afbetaling kunnen kopen. De band heeft, tot dat moment, alleen nog maar op schoolfeestjes gespeeld met gehuurde en eigen spulletjes. Het eerste contract dat ik afsluit is een optreden bij de -Sloep- op het Twekkelerveld. Daar spelen voor het eerst met de nieuwe installatie. In het begin wordt er gerepeteerd bij John Snuverink thuis. Later gebeurt dat elke zaterdagmorgen in het speeltuingebouwtje op het Acaciaplantsoen. Zo komt op een zaterdagmorgen Gert Timmerman met het zangeresje Wilma het speeltuin terrein oplopen. Fotograaf erbij die flink foto’s aan het maken is. Omdat ze muziek uit het gebouwtje horen klinken, komen ze ook even binnen kijken. We hebben toen even gezellig met elkaar zitten kletsen. Weet niet meer of Wilma ook nog iets heeft gezongen. (Later zal ze enkele grote hits hebben t.w. Heintje bouw ein schloss fur mich en Een klomp met een zeiltje) Eind 1968 is er een gespannen situatie in huize Reuvers aan de Weverstraat. de Rabbits hebben Herman Hanauer gevraagd of hij weer wil toetreden tot de band als slaggitarist/zanger. Hij gaat daarmee akkoord. Vlak daarna vraag  ik Frans Schaddelee, basgitarist bij de Rabbits, of hij basgitarist wil worden bij Teach-In. Frans kom ik ook in de privé sfeer tegen omdat hij een beetje scharrelt met de jongste zus van Gertie Reuvers. Als je bij Teach-In komt krijg je een mooie Fender basgitaar, beloof ik hem. Frans gaat akkoord.  Nu zitten de Rabbits  eigenlijk zonder basgitarist. de Rabbits vergaderen in de voorkamer aan de Weverstraat terwijl ik in de achterkamer zit, bij m’n schoonfamilie. Op een gegeven moment komt Gertie om de deur kijken met Addy Rietman, toetsenman de van de Rabbits, in z’n kielzog. Addy laat mij in felle bewoordingen weten hoe hij erover denkt. M’n schoonouders hebben de boel aardig moeten sussen. Bij de Rabbits is het uiteindelijk ook goed gekomen door Herman daar ook de basgitaar te laten bespelen. Wel leuk om even te vermelden is dat Teach-In en de Rabbits korte tijd later samen, op een zondagmiddag,  spelen in De Oude Hoeve aan de Haaksbergerstraat. Het waren geweldige optredens. Tussen Gertie en mij waren er nog wel eens wat plagerijtjes. In de Weverstraat laat ik wel eens expres mijn agenda, waar veel boekingen in staan vermeld, op tafel liggen, zodat Gertie kon zien hoeveel optredens we wel niet hebben. Er wordt ook regelmatig gebakkeleid over de bands. Dat loopt wel eens zo erg op dat m’n schoonmoeder er aan te pas moet komen om de boel te sussen. Smurf Club, Cromhofboerderij Intussen kom ik Joop Meyran ook weer tegen. Hij bestiert nu de -Smurfclub- op de Cromhofboerderij, vlak achter het gelijknamige bejaardenhuis aan de Burgemeester van Veenlaan. De familie Jannink heeft alles overgedaan aan de gemeente en Joop is aangesteld als beheerder.  Op het terrein staat een boerderij, varkensstal ,theehuis, paardenmanege en de villa. Verderop staat nog een oude tram waar de Rabbits hun tweede bandfoto hebben gemaakt. Het is er leuk en ik ga een beetje mee draaien in de organisatie. Theehuis opknappen, samen met John Goudbeek, Jukebox kopen. We zijn de eerste met de verkoop van mix drankjes zoals Cola-Bacardi. Het begint er aardig te draaien, maar dat kan ook niet anders. De prijzen zijn erg gunstig. Elders betaal je een gulden voor een biertje terwijl ze bij ons de helft betalen. Ja… dat trekt wel mensen. We zitten er wel goed in het bos. De politie komt nauwelijks kijken. Ze zijn allang blij dat de jeugd van de straat is. Zo heb ik ook eens een talentenjacht georganiseerd in de varkensschuur. Deelnemende bands zijn Teach-In, Highway’61 en de Rabbits. In de jury zitten Juul Samson, Henk van Rees en Herbert Spier. Uiteindelijke winnaars zijn de  Rabbits. Bertie ter Brugge en Gerrit Trip, van Highway ’61, wonen nog een tijdje op het terrein. Als Joop Meyran stopt als beheerder, houd ik het ook voor gezien. De band Teach-In is intussen aangevuld met een zangeres. We leven in een tijd dat Shocking Blue furore maakt met zangeres Mariska Veres. Ook de Rabbits hebben even een zangeres in de persoon van Cecile. Misschien is dat ook de reden geweest om een zangeres aan te trekken.  In eerste instantie kijken we of we mijn vriendin Yvonne niet kunnen inzetten als zangeres. Mooie meid met mooi lang zwart haar. Ja, ze heeft inderdaad alles mee op één ding na… ze kan niet zingen. Even later komt John met Hilda op de proppen. In die tijd heeft John verkering met Ellen Felix, de zus van Hilda. Er komt wel een klein probleem mee… Hilda is nog maar 13 jaar. Dat kan nog wel eens problemen geven met het afsluiten van contracten. Hilda is op dat moment een onervaren zangeresje die in de huiskamer, onder begeleiding van een gitaartje, hier en daar wat heeft gezongen. We spelen in die tijd regelmatig bij -Bouwhuis- (Eastern Star Club) Uitbater Hazewinkel woont er achter. Het afrekenen vindt plaats in de woonkamer. De ouwe Hazewinkel komt niet zo vaak in de zaak. Bennie regelt eigenlijk alles. In 1970 komen we met een luxeprobleem te zitten. We winnen in eerste instantie een platencontract op een talentenjacht in het -Beetshuis- in Hengelo. Veertien dagen later hetzelfde verhaal in Lemelerveld. Daar zitten in de jury, Thijs van Leer, Ruud Jacobs en de organisator. Er zijn niet erg veel bands, maar we winnen met glans. Na afloop speelt de band nog, samen met Thijs van Leer. Dat vergeet ik nooit meer. Het is net of de jongens weer een stuk beter presteren. De band trekt zich helemaal op aan Thijs van Leer. Het is echt schitterend maar goed… we zitten nu met twee platencontracten. Eigenlijk willen we liever met het tweede contract in zee. (CBS) In het eerste contract staat een opzegtermijn van een half jaar. Spoke The Lord Creator. Na een half jaar kunnen we dus pas de studio in om -Spoke The Lord Creator- op te nemen. Daar is alles al geregeld. Eigenlijk hebben we zelf weinig in te brengen. De A-kant is al van A tot Z geregeld. Eigenlijk wordt alles geregeld door orkestleider, Rogier van Otterlo. Als er, in die tijd, een orkest op de televisie is, is hij de orkestleider. Hij heeft ook de arrangementen geschreven voor -Spoke The Lord Creator- Ruud Jacobs zit er achter de knoppen. Heb nog nooit zoveel muzikanten in een studio gezien. Dat kan ook niet anders want ik ben nooit eerder in een studio geweest. Er zijn erg veel blazers die het regelmatig weer over moeten doen. Het opnemen van het instrumentale duurt van s’morgens 8:00 uur tot 18:00 uur in de namiddag. Daarna moeten de mensen, die zingen, zich inzingen. Rogier van Otterloo heeft een absoluut gehoor. De zangpartijen moeten diverse keren opnieuw worden ingezongen. Het is 24:00 uur middernacht als de A-kant erop staat. Daarna moet de B-kant nog even. Dit neemt ook een uurtje of drie in beslag. Als ik s’morgens vroeg thuis kom is Mohamed Ali aan het boksen. (Op 8 maart 1971 vochten Frazier en Ali tegen elkaar in wat de boeken inging als The Fight of the Century. Beide boksers waren op dat moment ongeslagen. De kampioen, Joe Frazier, had 23 van zijn 26 gevechten op knock-out gewonnen; de uitdager, Ali, had 26 van zijn 31 gevechten op knock-out gewonnen. Het gevecht vond plaats in Madison Square Garden, New York. Bron: Wikipedia) Het is de bedoeling om de band bij Willem Duys aan het grote publiek te presenteren maar op dat moment zit het programma al helemaal vol. Wel heeft hij in het programma Muziek Mozaïek, op de zondagmorgen, aandacht aan de band besteed. Een half jaar later ben ik niet meer nodig. Einde Teach-In avontuur. De band geeft de voorkeur aan allerlei lulmanagers. Tot aan het songfestival breekt er een tijd aan van het komen en gaan van allerlei randfiguren die niet echt meer werk realiseren. Er wordt continue geroepen “we moeten naar het westen” Het doet best wel zeer om zo op straat gezet te worden. Superfly Henk Westendorp mijd ik zo veel ik kan. Nadat Henk op een gegeven moment ook niet meer in Teach-In speelt, loop ik, samen met Yvonne, op het Weverspleintje, Henk en z’n vriendin Bea tegen het lijf. Op dat moment kunnen we elkaar niet meer ontwijken. We komen aan de praat, zus en zo… Toevalligerwijs is Henk ook nog jarig. Ja, je raad het al. S’avonds zit ik bij hem op de verjaardag. Zo, de relatie is weer hersteld. Henk is met de formatie Superfly begonnen.  In het begin maak ik wel eens wat foto’s en werk aan het fanclubboekje. De band koopt op een gegeven moment een Dynacord mengpaneel. Dat is in die tijd een vrij nieuwe techniek. Tot dan wordt het geluid geregeld doordat er iemand in de zaal gaat staan en naar het podium roept wat er moet veranderen aan het geluid. Alles wat ik tot dan doe is een beetje vrijwillig en vrijblijvend.  Henk vraagt of ik het mengpaneel wil doen. Nou ja…dat wil ik wel. De eerste keer bij -Dieka- achter de tafel. Het loopt allemaal prima. Er breekt een periode aan dat we elk weekend op pad moeten. Omdat het nu toch verplichtingen met zich meebrengt gaan we om de tafel zitten. Zelf kan ik de centen ook goed gebruiken. Vanaf dat moment ben ik de vaste geluidsman van de band Superfly. Het fanclubblad blijf ik erbij doen, samen met Henk, Bea en enkele anderen. Ook organiseren we fanclubavonden, wat ook altijd een hele klus is. Op zo’n avond komen er bussen vol met fans uit diverse provincies. We spelen veel in Limburg,  Friesland, Groningen en in Duitsland voor Nederlandse militairen. Durf wel te zeggen dat op dat moment Superfly misschien niet het beste orkest van artiestenbureau BVIPM is maar waarschijnlijk wel het meest verkochte orkest van BVIPM. We zijn op dat moment ook het eerste orkest met een lichtshow. Nadat ik een jaar of 14 meedraai, stopt de band Superfly als top 40 orkest. Na een wisseling van bandleden gaat de band door als bruiloftorkest met een kleinere installatie. Zelf stop ik er ook mee, de band heeft mij niet echt meer nodigen. Heb ook net een betere baan gekregen. Al met al, een geweldige tijd gehad en veel meegemaakt. Ook met veel bekende artiesten gewerkt zoals Andre Hazes, Lee Towers, Rene Froger enz. Een periode om nooit te vergeten.