Rabbits60.nl

  

 Eduard Hanauer

 


The Zombies zien spelen……oftewel, hoe een goede band klinkt. 

 
     
 

Zo heel vaak gebeurd het niet, dat wereldtoonaangevende groepen  uit de jaren ´60 Twente aandoen. Zaterdag 24 april 2010 is dus een datum, die we in dat opzicht gaan bijschrijven in onze geschiedenisboekjes. The Zombies speelden in Hengelo. Op voorhand heerst er in een deel van het clubje mensen waarin ik mij doorgaans begeef, een soort van positieve opwinding. Niet zo vreemd, want ik heb 2 radiocollega´s die al sinds jaar en dag roepen, dat The Zombies hun favoriete sixtiesgroep is. Toen ik Kees Brinkerink zo´n 15 jaar geleden leerde kennen, vertelde hij mij al, in één van onze eerste gesprekken, dat dit zijn favoriete jaren 60 groep was……….en jaren later, toen ik voor het eerst kennis maakte met Frans de Graaf, uitte hij hetzelfde. Nee, van een optreden in Hengelo was toen totaal nog geen sprake. Voor deze twee, dus wel een speciale avond.
 

 

Jannie Talman – webmaster van deze Rabbits60 site – voelt er ook wel voor om The Zombies te zien spelen. Tezamen met onze levenspartners gaan wij op deze mooie lenteavond richting Hengelo. Ho, wacht even. Ik vergeet Dirk van Dijk te noemen, die met een speciale missie op pad gaat. Behalve het genieten van het Zombies optreden, wil hij proberen met de leden in gesprek te komen, en het één en ander vast te leggen, om op een later tijdstip op Enschede FM uit te zenden. Of dat lukt ?? Voor deze gelegenheid komt hij zelfs met historische attributen op de proppen. Een tas, met daarin dezelfde Sennheiser microfoon, waarmee Dirk in zijn NCRV periode heel wat sixties helden geïnterviewd heeft.

Metropool in Hengelo, is een zaal, niet te groot – maar ook niet te klein. Voor mij is het altijd moeilijk om de capaciteit van zo´n ruimte in te schatten, maar je hebt er wel het gevoel, dat, als je het zou willen, de bandleden kunt aanraken. Dat laatste wil ik dus niet, maar wel genieten van de muziek. Op voorhand, kijk ik even rond. Wie weet, zijn er mensen die ik ken. Per slot van rekening is het altijd leuk om even bij te praten. Behalve Jannie Talman, zie ik weinig Enschedeese muzikanten. Eéntje om precies te zijn, Nick de Vos, van o.a. Quasimodo. Ik had er veel meer verwacht. Opvallend is wel, dat iedereen die iets aan 60-er jaren muziek bij een omroep doet, wel massaal aanwezig zijn. Behalve de Enschede FM collega´s, de mensen van Radio Hengelo en Radio Oost. Kunnen we hieruit concluderen, dat de beleving van muziek bij muzikanten anders ligt, dan bij muzikanten ? Nee, dat is te voorbarig…….maar ik denk wel, dat degenen die niet aanwezig waren iets moois gemist hebben.

Kees Brinkerink weet mij, voordat het concert begint, nog te melden dat hij de playlist van deze avond heeft mogen inzien…….. ze gaan `Indication` spelen….ons beider favoriete Zombies nummer. In de voorpubliciteit wordt er niet geheimzinnig over gedaan………van de vijf leden zijn er maar twee, die in de jaren ´60 ook in The Zombies speelden. Maar het zijn wel de twee belangrijkste mensen, nl. Colin Blunstone en Rod Argent. Het zijn ook deze twee die als eerste het podium betreden. Zonder aanhef klinkt er pianospel van Argent, met daaroverheen het wonderschone, unieke stemgeluid van Colin Blunstone. De zaal is muisstil, duidelijk onder de indruk. Vrij nieuw materiaal, want The Zombies bestaan in deze eeuw opnieuw, en ze maken zelfs nieuwe albums.

Even vraag ik mij af, of Blunstone onder invloed van het één of ander is. Die indruk ontstaat, omdat hij op het eerste gezicht helemaal in zichzelf gekeerd op dat podium staat, en weinig contact met het publiek zoekt. Mijn indruk is helemaal fout. Verderop deze avond, zie je dat hij zich in elk nummer totaal in leeft. Uiterste concentratie bij hem. Na 2 nummers Blunstone + Argent, betreden de 3 `nieuwe` leden de bühne. `Nieuw` tussen aanhalingstekens, want bassist is de 5 jaar oudere neef van Rod Argent, Jim Rodford. Hij werd in de beginfase van The Zombies, begin jaren ´60, ook al benaderd om mee te doen, maar koos toen voor iets anders. Eén van zijn wapenfeiten is, dat hij van 1978 tot 1997 bij The Kinks speelde. Drummer is de zoon van Rodford, en de vrij jonge gitarist Keith Airey completeert het gezelschap.  In sets van 2 of 3 nummers, putten ze telkens weer uit nostalgisch Zombies repertoire……en dat klinkt echt als een klok. Daartussendoor zetten ze telkens een nummer uit de solo periode van Blunstone. In het wonderschone `I don´t believe in miracles` laat Colin horen, dat hij niets heeft ingeboet qua toonhoogte en volume. Ook ´Wonderfull` en `Andorra` passeren de revue. Als dan ook nog nummers voorbij komen, die hij in samenwerking met Dave Stewart – What becomes of the broken hearted – ooit de hitlijsten in zong, en het onvermijdelijke `Old and wise` waarmee hij The Alan Parsons Project mede op de kaart zette, besef ik dat hier één van de groten uit de pophistorie op het podium staat. Waar ik in eerste instantie dacht `onder invloed´, zie je – en vooral hoor je, dat Blunstone in elk nummer probeert er uit te halen , wat er in zit. Bij hem is er niets te merken van stem slijtage. Naarmate de avond vordert wordt hij beter en beter.  In de 1e helft van het concert doet zich een moment voor, waar niet op gerekend was. De bedoeling was op dat moment, om een set uit de LP `Odessey and Oracle` te gaan spelen…….te beginnen met ´a Rose for Emily`, één van mijn favorieten. Kan niet doorgaan, want de piano blijkt defect te zijn. Dan wordt er, terwijl Rod Argent probeert de piano te repareren, geïmproviseerd op het podium. Totdantoe deed Rod Argent alle aankondigingen, maar nu blijkt ook dat Colin Blunstone dit wel degelijk kan. Met een soort van droge humor bespeelt hij het publiek…..en dat is niet alles. De jongste van het gezelschap, Keith Airey, hangt zijn accoustische gitaar om en laat een voortreffelijke vertolking horen van `Classical Gas` , dat we uit de jaren ´60 nog kennen van `Mason Williams`, waarmee is aangetoond dat dit ook een klasse muzikant is. Daarna wordt alsnog een selectie uit het Odessey album gespeeld. Ik geniet met name van `This will be our year`. Al jarenlang draai ik het thuis geregeld, en plan het, als er maar enige aanleiding voor is, in My Generation. Als het dan op enkele fysieke meters afstand, live gezongen en gespeeld wordt, gaan er rillingen over mijn rug. Fijn, dat ik dat echt mag meemaken. Over het album verteld Rod Argent nog, dat het in 1967 toen het verscheen, bijna onopgemerkt bleef……totdat in de jaren ´90 artiesten als Paul Weller, maar ook anderen het op hun favoriete albumlijstjes zetten. Nu anno 2010 wordt het `Odessey album`, algemeen erkend als één van de hoogtepunten uit de popmuziek, naast albums als Sgt. Pepper en Pet Sounds. Terecht !!!
 


2 sets van pakweg alletwee meer dan een uur. Natuurlijk wordt er afgesloten met de grote hits. De 1e set krijgt een finale met `Time of the Season´, en set 2 eindigt met `She´s not There` waarin Blunstone – onopgemerkt- het onderste uit zijn vocale kan haalt. Adembenemend. Wat ik nog niet genoemd heb ?  De grootste momenten van genot, maar dat is heel persoonlijk. Ze speelden veel sixties A en B kanten, dus ook de nummers die geen hoge hitnotering haalden. Het één klonk nog mooier dan het ander. Eén tegenvaller. `Indication`, dat ik al eerder noemde. De eerste helft van het nummer was formidabel, maar daarna had Argent de behoefte om zijn onvrede te tonen dat de plaat in 1966 niet het gewenste succes had gekregen. Inderdaad…..er zit een mooi instrumentaal thema in, maar hij ging het vergelijken met andere – wel succesvolle riffs. Een flard van `Sunshine of your love` , `In a gadda da vida` en zelfs `Tulpen uit Amsterdam` kwamen voorbij in een nummer waar dit niet in thuis hoorde. Nee……van een jeugdzonde kun je nu niet meer spreken.

Al met al, ik had dit optreden niet willen missen. Eén van de mooiste sixtiesconcerten die ik ooit mocht beleven. Zonder , al te veel veelvuldig toegepaste artiesten techniekjes, voor het vragen om mee klappen, of mee te zingen. Het gebeurde een enkele keer, maar gelukkig niet overdreven. Niks geen trukendoos  open trekken. Gewoon recht voor z´n raap goede sixties klanken neerzetten.

En toen was het concert voorbij. Gaan we naar huis toe ??? Nee, nog niet. Het blijkt dat Frans de Graaf de jongens van The Zombies persoonlijk kent. Dirk van Dijk had hier weet van, en hij heeft Frans benaderd om iets te regelen…..en het is Frans gelukt.  Een hand schudden is één, maar om daarnaast ook nog iets vast te leggen in de vorm van gesprekjes met The Zombies…..dat zou nog mooier zijn. Dat gebeurde dus. De hele crew van Enschede FM mocht mee, en gelukkig mocht Jannie Talman met zijn camera ook mee. Kees dolgelukkig, want het is zijn favoriete sixties groep. Wij dus met z´n allen de kleedkamer in, waar ik mij op een hand geven na, afzijdig heb gehouden. Maar het was een mooi gezicht om de `liefhebbers` in gesprek te zien, en voor mij een aardige gelegenheid om eens te kijken, wat er aangesleept wordt in zo´n kleedkamer. Niets geestverruimends. Wel broodjes met kaas en vleeswaren……en een schaal met fruitpartjes. Ik durfde niet, ………maar dat laatste leek me echt lekker. Het fotoresultaat zie je op www.rabbits60.nl en de interviews zul je vast en zeker terughoren in het 1965 programma van Dirk.

 

                                                                                                                                       Eduard Hanauer  

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 
 
Rabbits60.nl info@rabbits60.nl